BROEDVOGELS
Achtergrondinformatie
Toelichting bij de methode
Te onderzoeken soorten: basiskartering-soorten en toegevoegde soorten

Sommige vogelsoorten zijn gemakkelijker en met minder inspanning te tellen dan andere soorten, verder is de indicator-waarde van soorten verschillend. Bij grootschalige karteringen wordt daarom meestal een deel van de soorten niet geteld.
Dit zijn ofwel landelijk zeer talrijke soorten of soorten die in vrijwel elk habitat voorkomen: huis-, tuin- en keuken-soorten.
Onderzoek van deze algemeen bekende soorten zoals Roodborst, Koolmees en Houtduif, levert voor onderzoekers een zware administratieve belasting; de tijd die nodig is voor gegevensverwerking verdubbeld als meerdere algemene soorten worden meegeteld. En dat terwijl gegevens van bijv. Houtduif zelden van belang zijn voor beheer.
Verder moet opgemerkt dat nogal wat soorten alleen goed te tellen zijn met zeer intensief onderzoek.

Door SOVON is daarom een lijst van basiskarteringsoorten vastgesteld. Dit zijn soorten die van belang zijn voor beheer en daarnaast zijn dit soorten die met een gerichte aanpak goed te tellen zijn, mits het onderzoek wordt uitgevoerd door zeer ervaren karteerders.
Hoewel bij betaald onderzoek vaak maar eenvijfde van de gewenste tijd beschikbaar (in vergelijking met het SOVON-BMP), wordt op verzoek van de opdrachtgever vaak een aantal relatief ordinaire soorten aan de lijst met basiskartering-soorten toegevoegd.
Het moet duidelijk zijn dat de gegevens van deze toegevoegde soorten (bijv. Goudhaantje, Tuinfluiter, Zwartkop) onvolledig zijn en sterk door toevallige omstandigheden worden beinvloed.
Tijdens de kartering van 1996-1999 zijn aan de lijst van basiskartering-soorten 20 soorten toegevoegd (zie Basiskartering-soorten en toegevoegde soorten). In 2004 zijn daar nog eens vijf bijgekomen. Dit is een ongewenste ontwikkeling: de kracht van de basiskartering, actief karteren en de belangrijke soorten goed tellen, wordt uitgehold als de karteerder z'n aandacht over steeds meer soorten moet verdelen. Bij herhaling van de kartering moet de groep soorten niet verder worden uitgebreid: Dit kan alleen als er meer ronden per telgebied gebracht worden en de totale besteedde tijd toeneemt (bijv. 25 minuten per ha).