Onderzoek:

NEEDE - Uit onderzoek van het ID-lab in Lelystad blijkt dat de Needse roeken een aantal maanden geleden inderdaad zijn vergiftigd. Om welk gif het gaat is nog onbekend. Ondertussen zoekt wethouder P. Meijlis steun voor een omstreden plan om Neede van de roeken te verlossen.

Terwijl de politie van Neede nog bezig is met het onderzoek naar de vergiftiging van de roeken, is het beleid van de gemeente Neede erop gericht om de vogels in het najaar te verjagen naar het buitengebied. Daar mogen de roeken wel worden afgeschoten.

Recent heeft de provincie de Wildbeheereenheid Berkelstreek een ontheffing verleend voor het afschieten van roeken in het buitengebied. Maximaal tien per dag in de periode van mei tot november.

Vergiftigen mag dan strafbaar, zijn, verjagen is dat ook volgens de regels in de Flora- en Faunawet. De plannen van Meijlis zijn dan ook omstreden. Weliswaar nemen de provincie Gelderland en de Vogelbescherming zitting in de werkgroep ‘roekenplan’. Maar opvallend is dat de coördinatie binnen de werkgroep in handen is gelegd van een Eibergse ambtenaar.

Kritiek

Een kritische ambtenaar van de gemeente Neede is door de wethouder gepasseerd. Waarschijnlijk omdat hij het niet eens is met de plannen. ‘De hoeveelheid lawaaioverlast die de roeken veroorzaken valt wel mee. Soms is er wel schade aan jonge maïs. Vergeten wordt echter dat de vogels veel insectenoverlast juist tegengaan’, aldus de Needse ambtenaar.

Ook de vogelwerkgroep is buiten de werkgroep gehouden. ‘Wij hebben al een tijd geleden een brief gestuurd naar de gemeente om ons te informeren, maar geen enkele reactie gekregen. Het lijkt erop alsof wij er totaal buiten worden gehouden’, zegt S. Grooters van de vogelwerkgroep.

‘Neede maakt nu in ineens een probleem van de roeken terwijl er vóór 1996 drie keer zoveel waren’, gaat ze door. ‘Wij zijn tegen het verjagen van de roeken en als de gemeente daarop aanstuurt, zullen wij in opstand komen. De wet is de grens.

Kortom, het lijkt er op dat wethouder P. Meijlis de werkgroep ‘roekenplan’ zo heeft gevormd, dat er geen tegenstand voor zijn plannen aanwezig is. Dat is nodig, want de werkgroep moet met een beheersplan naar de provincie gaan, op basis waarvan een gehele ontheffing kan worden verleend op het verbod van het verjagen van roeken. In dat plan moet de schade die door de roeken wordt aangericht, onomstotelijk bewezen staan. En dat is precies wat Meijlis nu probeert.

De roeken moeten verplaatst worden naar een bosje in het buitengebied. De provincie en de landelijke Vogelbescherming steunen ons hierin’, aldus de wethouder.