Inleiding
Verspreiding
Voorkomen in Nederland De roek is in Nederland stand- en trekvogel.
De jonge vogels trekken in hun eerste levensjaar voor een deel weg naar
Engeland terwijl volwassen vogels zich meer als standvogel gedragen. In
de wintermaanden wordt de roekenbevolking aangevuld met vogels uit noordoost-Europa
(Teixeira 1979). De broedvogelverspreiding is de laatste tientallen jaren,
landelijk gezien, weinig verandert, al vindt er de laatste jaren een uitbreiding
naar het westen plaats.
Figuur 2 (voorlopige) verspreiding roek in Nederland 1996 Voorkomen in Drenthe De verspreiding van de roek is geconcentreerd in zuidwest-, zuidoost- en noordwest-Drenthe. Het centrale deel is vrijwel leeg. “Mogelijk speelt verdroging en grootschalige omzetting van gras- in bouwland hierin een rol, of het gebrek aan tolerantie van de mens” (van den Brink et al. 1996). De broedvogelaantallen in Drenthe hebben eenzelfde ontwikkeling doorgemaakt als in de rest van ons land. In 1944 waren er naar schatting >8000 paren. In de begin jaren zestig waren er hiervan slechts een kleine 2000 over (van den Brink et al. 1996). Momenteel (na 35 jaar) is de stand weer hersteld en komen de aantallen weer boven de 10.000 broedparen uit. Omgerekend naar oppervlakte van de circa 268.000 ha die Drenthe groot is, komt de dichtheid uit op ongeveer vier broedpaar per 100 ha.
Voorkomen in ZW-Drenthe en dan met name
rondom Meppel
Vanaf het begin van de jaren negentig
neemt plotseling zowel het aantal vestigingen (kolonies) als het aantal
broedparen in en rondom Meppel fors toe. In 1991 wordt melding gemaakt
van een drietal broedlokaties in de omgeving van Meppel/Nijeveen (Venema
1992). Het betrof een kolonie van 115 nesten bij Olde Staphorst;
een kleine kolonie van 18 nesten in het “Roekenbosch” net over de provinciegrens
(drie km ten zuidwesten van Nijeveen) en als derde een solitair paar in
de bomen op een erf bij Nijeveen. Al snel namen de aantallen toe. Het was
niet mogelijk een volledig overzicht te verkrijgen van de eind jaren tachtig
/ begin jaren negentig. Het eerste redelijk volledige beeld stamt uit 1993.
In dat jaar werden in een straal van enkele kilometers rondom Meppel acht
kolonies geteld met in totaal 368 nesten.
Figuur 5 Broedparen van de roek 1992-96 in Nederland en in Meppel e.o.
|
Voor het overzicht (figuur
6) heb ik een rechthoekig gebied geselecteerd van 500 km² (25 bij
20 kilometer). Het betreft het gebied tussen Willemsoord in het noordwesten
(atlasblok 16-35) tot en met Veeningen in het zuidoosten (atlasblok 22-11).
Hier heb ik de aantallen per (voormalige) gemeente bekeken. Totaal broedde in dit gebied tussen 1993 en 1996 tussen de 3347 (1995) en 3837 (1993) paar roeken. Dit is bijna 6% van de Nederlandse populatie. |
|
Figuur 6 Ligging van het onderzoeksgebied in Drenthe |
Jaar | 1993 | 1994 | 1995 | 1996 |
Gemeente | ||||
De Wijk | 697 | 762 | 744 | 696 |
Dwingeloo | 6 | 0 | 0 | 0 |
Havelte | 1481 | 967 | 975 | 774 |
Hoogeveen | 710 | 580 | 415 | 390 |
Meppel | 368 | 548 | 679 | 715 |
Nijeveen | 0 | 6 | 42 | 59 |
Ruinen | 0 | 0 | 0 | 7 |
Ruinerwold | 285 | 263 | 277 | 301 |
Staphorst | 119 | 163 | 157 | 244 |
Steenwijk | 179 | 174 | 157 | 289 |
3845 | 3463 | 3446 | 3475 |
Uit bovenstaande tabel blijkt dat het aantal roeken in Havelte drastisch is afgenomen en dat de sterke toename in andere Havelter kolonies en in de aangrenzende Gemeenten: Steenwijk, Nijeveen en Meppel hiervan een gevolg is. (zie ook figuur 7) De roeken hebben zich dus verplaatst. In Hoogeveen in de kolonie in Echten is ook een forse afname te zien van 710 paar in 1993 naar 390 in 1996. Het betreft hier slechts één kolonie in Echten en is gezien de afstand van 15 kilometer niet een kolonie die veel invloed heeft gehad op de aantallen in de omgeving van Meppel. In Havelte zijn vier kolonies flink uitgedund tot zelfs verlaten (tabel 2).
Tabel 2 Roekenkolonies in Havelte welke een sterke afname hebben vertoond in 1993-96.
KM-hok | Naam | Plaats | 1993 | 1994 | 1995 | 1996 |
163615 | Vledderlanden | Frederiksoord | 410 | 389 | 368 | 15 |
164745 | Ettelte | Havelte | 320 | 56 | 27 | 0 |
163732 | Wapserveen Midden | Wapserveen | 216 | 164 | 121 | 129 |
164742 | Eursinge | Havelte | 420 | 133 | 76 | 36 |
Totaal | 1366 | 742 | 592 | 180 |
Behalve in Meppel zijn ook in de gemeente Havelte nieuwe kolonies ontstaan en andere, reeds bestaande veelal kleine kolonies, fors in omvang toegenomen (tabel 3).
Tabel 3 Roekenkolonies in Havelte welke een sterke toename hebben vertoond in 1993-96.
KM-hok | Naam | Plaats | 1993 | 1994 | 1995 | 1996 |
165615 | Boekweitenveld | Veendijk | 0 | 16 | 27 | 23 |
163724 | Oosteinde | Wapserveen | 0 | 0 | 0 | 36 |
163645 | Westeinde | Wapserveen | 0 | 0 | ? | 21 |
164832 | Broekdijk | Uffelte | 0 | 0 | 29 | 42 |
165711 | Veendijk | Havelte | 44 | 88 | 111 | 181 |
165721 | Meente | Havelte | 0 | 0 | 8 | 22 |
164732 | De Wal | Havelte | 35 | 44 | 96 | 110 |
165712 | Lokbrug | Havelte | 36 | 77 | 112 | 159 |
Totaal | 115 | 225 | 383 | 594 |
Tabel 4 Roekenkolonies in de gemeente Meppel 1993-96.
No
|
Naam | 1993 | 1994 | 1995 | 1996 | 1997 | 1998 |
1 | Wilhelminapark | 7 | 30 | 28 | 52 | 55 | 88 |
2 | Olde Staphorst | 50 | 59 | 125 | 35 | 9 | 6 |
3 | Crematorium | 9 | 38 | 44 | 23 | 12 | 0 |
4 | Reestoord / Industrieweg | 48 | 68 | 84 | 135 | 126 | 126 |
5 | Brug Meppelerdiep | 19 | 33 | 44 | 78 | 111 | 87 |
6 | Spoor / N32 / Wold Aa | 0 | 22 | 30 | 10 | 3 | 0 |
7 | N32 / S10 / Wold Aa | 147 | 180 | 176 | 127 | 128 | 98 |
8 | Ezinge | 33 | 43 | 50 | 68 | 56 | 58 |
9 | Zomerdijk-West | 0 | 0 | 6 | 9 | 2 | 0 |
10 | MC-Meppel | 0 | 0 | 29 | 101 | 126 | 187 |
11 | Wolddijk 1 | 0 | 3 | 0 | 0 | 0 | 0 |
12 | Wolddijk 2 | 0 | 0 | 0 | 0 | 5 | ? |
13 | Prinsenplein | 0 | 0 | 0 | 2 | 0 | 0 |
14 | Witte de Withstraat | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 11 |
15 | Reestoeverflat | 0 | 0 | 0 | 0 | 3 | 8 |
16 | Afslag Nijeveen | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 4 |
17 | Hesselingen | 0 | 0 | 0 | 0 | 9 | 6 |
18 | Plas Havelterweg | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 3 |
19 | Rechterensweg | 55 | 72 | 63 | 75 | 42 | ? |
20 | Industrieweg-west | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 18 |
Meppel-Totaal | 368 | 548 | 679 | 715 | 687 | 700+ | |
N-Kolonies | 8 | 10 | 11 | 12 | 14 | 15 |
Bij volledige en gecontroleerde bescherming
van de vier voormalige grote kolonies in Havelte (tabel 2) keren de roeken
mogelijk terug, maar zekerheid is hierover niet.
Meppel is in ieder geval een aantal roekenkolonies
rijker, maar niet iedereen is daar blij mee.
Voorlichting, bescherming van kolonies
en vogels en aanplant van bospercelen voor toekomstige kolonies zijn
momenteel de enige zinvolle acties die ondernomen kunnen worden. Wanneer
roeken zich in het buitengebied weer veilig wanen keren ze hier mogelijk
vanzelf weer terug.
Dit is lange termijnbeheer.
Het verjagen van roeken zoals mogelijk
in Havelte het geval is geweest, heeft geleid tot verplaatsing van problemen
en is daardoor verspilling van geld en mankracht. Bovendien is het wettelijk
verboden.
Figuur 7: Verloop aantal broedparen
van de Roek in ZW Drenthe
(50km2), Havelte en Meppel
e.o. 1993-96
In de stad Meppel zijn weinig voormalige kolonies te vinden, in de nabije omgeving echter wel. Gezien de jachtdruk die aan de westkant van de wieden tot en met 1994 plaatsvond (Klemann 1995) is het niet onwaarschijnlijk dat de roeken dit gebied verlaten hebben om aan de jachtdruk te ontkomen. Met het aanleggen van een “Roekenbosch” in het agrarisch gebied tussen Meppel en De Wieden, met vrijwaring van jacht, kan het voor roeken aantrekkelijk worden zich hier te hervestigen.
Een mooie kolonie was te vinden aan de rand van het industrieterrein bij Olde Staphorst (125 nesten in 1995). Het betreft hier een brede wal van elzen op moerassige ondergrond. Op zich al een nuttige buffer tussen de weilanden en industrie. Helaas is door verstoring (vuilstort met als gevolg: fikkie steken en hutten bouwen in het broedseizoen onder de kolonie) ook deze groep vogels verhuisd. In 1998 restte hier slechts een zestal nesten. Zolang de vogels nog niet weg zijn kan de kolonie opnieuw groeien. Het is hier wel zaak om voor het broedseizoen van 1999, (dus voor eind februari) puin te ruimen en de bosstrook een beschermde status te geven. Dit kan door middel van borden en/of hekwerken, eventueel gecombineerd met controle.
Momenteel bevindt zich rondom de brug bij het Meppelerdiep/Zomerdijk een forse kolonie (87 nesten in 1998). Door de aanleg van de nieuwe haven is een deel van de bestaande kolonie gekapt. Verder is het mogelijk dat door werkzaamheden in 1999 er onopzettelijke verstoring plaats gaat vinden. Reden om opnieuw te verhuizen naar.......wie zal het zeggen? Op slechts 1 kilometer naar het noordwesten ligt een zandwinplas met daaromheen hoge populieren. Roeken zouden hierin kunnen broeden zonder direct overlast aan bewoners te veroorzaken maar de jacht in dit gebied staat een vestiging in de weg. De aanwezige vogels vertonen zo’n angst voor mensen dat, zolang hier geen volledig jachtverbod komt, roeken zich hier niet zullen vestigen.
Het valt te verwachten dat een aantal kolonies binnen de grenzen van de stad Meppel in grootte zullen toenemen of dat steeds op nieuwe plekken, nieuwe kolonies zullen ontstaan. Dit mede gezien de toename van het opzettelijk verjagen van broedende roeken in het buitengebied. Het is daarom zaak om op lokaties waar roeken geen overlast bezorgen, volledige bescherming te bieden aan de vogels. Dit kan door middel van voorlichting, kapverboden, jachtverboden, en controle hierop.
Daarnaast kan het aanleggen van potentiële broedlokaties plaatsvinden. Aanplant van snelgroeiend populierenbos met elzen als ondergroei welke later de functie van nestbomen kunnen overnemen is de beste optie. Gebieden die hiervoor in aanmerking komen zijn de randen van de industriegebieden, de oevers van het kanaal en stroken langs snelwegen. Verder kan de gemeente in overleg gaan met de buurgemeenten (De Wijk, Ruinerwold en Havelte) om te zien of deze gemeenten niet beter hun bestaande kolonies kunnen vrijwaren van verstoring en/of jacht zodat de roeken niet genoodzaakt zijn de steden in te gaan om te overleven. Behalve in Havelte worden ook in beide laatst genoemde gemeenten op verschillende lokaties roeken opzettelijk verjaagd.
Uit SOVON-Nieuws jaargang
12 (1999) nr. 1
Roeken-bestrijdingMeer en meer bereiken ons berichten over zogenaamde
Roeken-plagen en de bestrijding ervan. Bijna overal speelt hetzelfde. Een
bepaalde, meestal grote roekenkolonie wordt weggepest en in hetzelfde jaar
of in de jaren daarna ontstaan prompt in de omgeving nieuwe kolonies. Deze
kolonies groeien weer, waardoor weer bestrijding nodig wordt geacht, met
als gevolg enzovoort, enzovoort. Door het noeste telwerk in de afgelopen
jaren zijn er vele voorbeelden van effecten van bestrijding uit de cijfers
te destilleren.
Overlast is geen schade. Neem ter informatie en advisering contact op met (de regio-vertegenwoordiger van) Vogelbescherming Nederland. |
Michel Klemann | |
|